De outback
Is dit vakantie? ’s Avonds regelen waar we morgen heen gaan en hoe; wat is nodig, in welke rugzak of koffer, eten kopen voor lunch, lange autoritten die niet alleen relaxed zijn: de tegemoetkomende gigantische hard rijdende vrachtwagens, de overstekende kangoeroes of emoe’s. Gisteren toch echt een paar keer vol in de remmen om te vermijden ze op de motorkap te krijgen.
En na de rit steeds in een totaal verschillende wereld, stad, dorp, of resort in de middle of nowhere, de behuizing, waar zitten de knopjes. Net als je gewend bent ga je weer weg. En ook: wáár eten we of kunnen we eten, de was doen, (handwasjes of ergens een wasserette opzoeken onderweg), leef je uit de koffer of toch weer ophangen? Het opladen van apparaten, want heel vervelend als je fototoestel op het ultieme moment leeg is. En vooral: wat gaan we doen in de korte tijd dat je ergens bent: naar de Tourist Office om een goed beeld te krijgen wat je moet en kunt doen.
Maar, er staat veel tegenover. Een mooi land, aardige mensen, makkelijk om mee in contact te komen.
We zijn nu aan de rand van de outback, het Flinders Range National Park, Wilpena Pound. Het landschap is heel wisselend, grote kale stukken, met weinig begroeiing, maar ook stukken met relatief veel struiken en bomen (vaak wel kaal); veel bergen hier in de omgeving. We gaan op pad in een oude Toyota Land Cruiser met 10 mensen. Twee Aboriginals van de streek waarvan de verre voorvaderen hier al woonden begeleiden ons. Het gebied is bekend omdat het de oudste geologische rotsformaties in de wereld laat zien; ze zijn hier naar boven gekomen. We worden meegenomen naar allerlei plekken waar de fossielen op de rotsen zichtbaar zijn. Eén plek was heel bijzonder; een Engelse professor van onze groep, uit Nottingham, ging helemaal uit haar dak. Hier waren in 2004 ’s wereld beroemdste geologen bij elkaar gekomen om gezamenlijk ronde schijfjes uit de rotsen te boren om onderzoek te doen. Je kunt exact de plek aanwijzen op de rotsen waar het gesteente ouder is dan 650 miljoen jaar en de hogere lagen die jonger zijn en waar wel fossielen in zitten. Dus hier zie je het begin van het leven. Dit is wel een heel bijzondere plek, aangegeven met een plakaat in de rotswand.
Over de outback (het dorre, droge land met heel weinig begroeiing, en dus weinig beschutting, waar het zomers warmer is dan 50 C), is trouwens wel iets meer te zeggen. Vroeger was de outback niet zo kaal; er was een fragiel ecologisch evenwicht tussen de dieren en planten. Het was in ieder geval veel groener, en ook na periodes van droogte kon de natuur herstellen. Maar dat veranderde toen een Engelse boer het onzalige plan uitvoerde om 24 geïmporteerde konijnen bij hem op het land uit te zetten; dat was ’s avonds zo gezellig op de veranda en ook voor de jacht plezierig. Maar die konijnen lieten het er niet bij zitten; zonder natuurlijke vijanden hadden ze binnen enkele decennia het hele continent veroverd en: ze vraten alles kaal. Het fragiele evenwicht van de outback werd zo teniet gedaan. Honderd jaar later, door de myxomatose (jaren ’60) werd de konijnenpopulatie grotendeels uitgeroeid, maar de resistente soorten zijn ondertussen weer bijna even sterk. Verder, volgens een boer uit ons gezelschap, vreten de wilde geiten, de kamelen en de dingo’s ook alles kaal, nog afgezien van de kangoeroes. Dus het groen wat er al groeit wordt onmiddellijk een prooi van deze dieren, waardoor de outback is zoals hij nu is. Desondanks, fascinerend!
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}